120 DAYS - II sample
ELECTRICITY IN OUR HOMES – Dear shareholder sample
Het aanvankelijk als
kwartet begonnen, maar na het vertrek van zanger Thomas Warmerdam – al na de 2e
single – tot een trio uitgedunde EIOH presenteert eindelijk, vijf jaar na
debuutsingle “The shareholders meeting EP”, waar de albumtitel dus aan
refereert – hun eerste echte LP/CD. De singlesverzamelaar “They’ll like that,
won’t they” (2009), bedoeld voor de Japanse markt, dus niet meegerekend. Ik ben
tot dusverre trouw koper geweest van het onregelmatig, en telkens op een ander
label (!) verschenen materiaal, en zoals gehoopt vormt “Dear shareholder” de
kroon op het werk dat zowel een compositorische progressie als stilistische
verbreding laat horen. De hoekigheid is er nog steeds, net als invloeden uit
postpunk – The Fall met stip bovenaan – en C86, maar er zit meer rust in,
melodieuzere zang en eigenheid. En daar word ik als aandeelhouder erg blij van.
POND – Beard, wives,
denim sample
Gelijk Tame Impala dat
zo goed de dromerige psychedelische sfeer wist te vangen die frontman Kevin
Parker voor ogen had, brengt Pond – met daarin Tame Impala leden Nick Allbrook
(bas) en Jay Watson (drums) - een soortgelijk, nauw verwant geluidsdecor tot
leven. Een nevenproject van TI mag Pond niet genoemd worden, al was het maar
omdat “Beard, wives, denim” hun vierde (!) album is, doch ook vanwege het feit
dat de band daarmee schromelijk tekort zou worden gedaan. Vergeet daarbij de
voorgaande drie vingeroefeningen die niet het niveau halen van deze
volwaardige, verrassend sterke plaat die overloopt van spelplezier en pakkende
liedjes (“Elegant design” en “Sun, sea and you” om er twee te noemen) die zijn
geworteld in psychedelische, acid en garagerock met eind jaren 60, begin jaren
70 als datumstempel. Met deze plaat krijg je als luisteraar het volle pond!
(Sorry, die woordspeling kon ik gewoon niet laten liggen…)
TENNIS – Young & old sample
Alaina Moore en Patrick
Riley, zowel een muzikaal duo als liefdeskoppel, richtten samen Tennis op na
een driekwart jaar durende expeditie per zeilschip, koersend naar de Bahamas.
Klinkt idyllisch en romantisch, en houd het gevoel van de gedachte eraan vast,
want dan heb je een idee van de sound van Tennis. Niet gevreesd, want het is
geen geglazuurde pop die je tanden spontaan doet springen. De liedjes zijn als
een lichte, verkoelende bries, aangenaam
van sfeer en ze luisteren
daardoor prettig weg. Tennis serveert enkele raak geplaatste ballen over het
net, gevuld met sixties pop, surf en indie gitaarpop, terwijl “My better self”
zo uit de koker van Saint Etienne had kunnen komen. “It all feels the same” is
de titel van het openingsnummer, en zo is het maar net, want alles op “Young
& old” voelt aan als een lichtvoetige weldaad.
FIELD MUSIC – Plumb sample
De vorige plaat heb ik –
waarom eigenlijk? – links gelaten, maar de rest van hun output achtte ik
aanschaf waard. En dat geldt zeker, want de beste tot nu toe, voor het vierde
album van Field Music, in de kern bestaande uit de gebroeders Peter en David
Brewis. Ze zien er gewoontjes en onopvallend uit – hun podiumpresentatie is
bepaald niet opwindend, kan ik uit eigen ervaring optekenen – maar voor “Plumb”
geldt dat gelukkig niet. Het album telt 15 miniatuurtjes die binnen de kaders
van elk nummer regelmatig van kleur verschieten of maat wisselen. Doordacht en
intelligent maar niet wijsneuzerig of (onnodig) complex, en met de intentie om
het ‘popgevoel’ en een soort van typisch Britse klankkleur (XTC, The Beatles)
te waarborgen. Ik verwacht eerlijk gezegd niet dat “Plumb” voor de verdiende
doorbraak gaat zorgen – een combinatie van de bescheidenheid van deze band en
de vaak gemakzuchtige smaak van het grote publiek – doch hopelijk weerhoudt dat
Field Music er niet van om op deze voet door te gaan.
PULLED APART BY HORSES – Tough love sample
Een PABH optreden is een
energieke en opwindende aangelegenheid, zo kan ik verzekeren, en “Tough love”
is een plaat die recht doet aan hun live reputatie, zelfs beter dan het live
album “Live in Leeds”. Niet dat het de voorganger uit 2010 daaraan ontbrak,
maar “Tough love” is gewoon beter, compacter, steviger. Een kwestie van meer
spelen, goede productie en nummers die staan als een huis. Single “V.E.N.O.M.”,
waarmee de plaat opent, is net zo venijnig als de titel doet vermoeden, en
tevens de start van een dik half uur aan samengebalde (hardcore) punk, rock met
ballen en schreeuwzang. “Tough love” doet je de volumeknop van je versterker /
iPod als vanzelf een ferme ruk naar rechts geven.
BRETON – Other people’s
problems sample
“Een stukje Friendly
Fires, een brok punkfunk, “dit lijkt op Foals”, hiphop beats, dub en
elektronica met een twist.” Ik citeer hier mezelf uit een verslag van het
London Calling festival in november jongstleden, waar men de vooruitziende blik
had om dit toen onbekende vijftal – zelfs ik kende ze niet, ahum – aan de line
up toe te voegen. Ondertussen is een half jaar verstreken, en is het
debuutalbum een feit. Zoals ik de band omschreef op basis van hun optreden,
gaat deels op voor “Other people’s problems”, want ik hoor verschil tussen
Breton op plaat en op de bühne. Vervang in het citaat de punkfunk door
electrorock, zet ‘step’ achter ‘dub’ en ik zit meer in de buurt van het geluid
van Breton. “Jostle” en “Governing correctly” drukken de hand met Friendly
Fires, en sommige zanglijnen doen aan Foals denken, maar Breton is verder toch
vooral zichzelf. En het van een aanstekelijk koortje voorziene “Interference”
zou best als single dienst kunnen doen.
WHITE RABBITS – Milk
famous sample
De eerlijkheid gebiedt
me te zeggen dat ik dit in New York gevestigde sextet had geoormerkt als een nieuwe band, maar
“Milk famous” is al hun derde album dat me toch redelijk nieuwsgierig maakt
naar zijn voorgangers. De plaat bevat indierock
waar vooral stukjes en beetjes van Radiohead in te herkennen zijn (“Hold it to
the fire”, “Are you free”) die echter zijn gebruikt als creatieve bouwstenen om
tot een eigen smoelwerk te komen. Dat de band dit mede probeert te
bewerkstelligen door gebruik te maken van twee drummers, kan ik er niet aan af
horen, maar dat doet verder niets af aan de kwaliteit van het gebodene. Dat
blijkt wel uit de al genoemde songs, als ook bijvoorbeeld “Temporary”en “Danny
come inside”.
THE STEPKIDS – The
stepkids sample
Op sommige platen stuit
ik pas geruime tijd nadat ze voor het eerst het levenslicht zagen. Zo ook hier,
want “The stepkids” is al een half jaar oud. Beter laat dan nooit, want “The
stepkids” verdient het niet om over het hoofd te worden gezien. De band bestaat
uit drie Amerikanen (Dan Edinberg, Jeff Gitelman, Tim Walsh) die samen als
sessiemuzikanten hun sporen hebben verdiend (o.a. voor Alicia Keys en Lauryn
Hill) en nu voor eigen succes gaan. Het is ze gegund, want hun goed
geproduceerde melange van psychedelische soul en dito funk en pop –
“Psychedelic shack” van The Temptations is nooit ver weg evenals Isaac Hayes
aan de LSD – waar retro en futurisme hand in hand gaan, spreekt creatieve
boekdelen. Hoogtepunten? “Shadows of behalf” doet aan als een gelukzalige trip,
het eigenzinnige “Brain ninja”, en
“Wonderfox”.
NZCA / LINES – Nzca /
lines sample
Niet te verwarren met de
rockband Nazca Lines uit Seatte, dit eenmansproject van Michael Lovett die met
zijn debuutalbum behoorlijk 80er jaren getinte synthesizerpop weer van een
nieuwe impuls voorziet. Een flard oude Human League, idem Ultravox daar, zonder
klakkeloos de sound van weleer na te doen, als wel oppoetsen met een doekje dat
het koper ook een contemporaine R’n’B glans meegeeft. Dichter bij het heden
mogen bands als Hot Chip en Metronomy tot zielsverwanten worden gerekend. Net
als het echte Nazca patroon is hier sprake van een fraaie stroomlijning die
misschien nog het best wordt geïllustreerd door tracks als “Compass points”,
“Okinawa channels”, “Nazca” en “Work”.
WIM – Wim sample
Achter WIM gaat geen
Nederlander of Vlaming schuil die besloot om zijn doodgewone, niet bepaald
showbizz waardige voornaam te gebruiken voor zijn muziek. WIM bestaat namelijk
uit vier Australiërs (uit Sydney), en als je er al een voornaam op zou willen
plakken, dan zou je bij eerste song “Colossus” geneigd zijn om ‘Rufus’ te
gebruiken. Daarmee bedoel ik dus dhr. Wainwright, want daar heeft de stem van
WIM zanger Martin Solomon behoorlijk wat van weg. En omdat het gedragen,
volwassen “Colossus” – de band op zijn best,
als ik zo vrij mag zijn – zeker niet zou misstaan op het repertoire van Rufus,
wordt de associatie alleen maar versterkt. Over een vergelijking met Grizzly
Bear doet WIM zelf ook niet moeilijk,
getuige een quote uit de Los Angeles Times die een prominente plek op hun
website bekleedt. Tot slot, WIM refereert wel degelijk naar ene Wim, namelijk
de Duitse filmmaker Wim Wenders. Hij mag zich, gelet op de kwaliteiten van WIM,
best vereerd voelen.
ZULU – Way of the Zulu sample
Een anachronistische
release, want alleen uitgebracht op audiocassette. Maar goed dat ik er een
downloadcode bij kreeg want anders had ik het kleinood niet eens kunnen
afspelen! Afijn, met een cassette ga je tegen de stroom in dus het zal weinig
verbazing wekken als ik zeg dat Zulu zichzelf afficheert als punk. “Way of the
zulu” mag dan de titel wezen, maar in de digitale versie heet het opeens
‘studio demos’ en dat dekt de lading stukken beter. De muziek zit ergens tussen
The Eighties Matchbox B-Line Disaster, Black Wire en Black Flag in (allemaal
reeds lang ter ziele) met een lichte ‘gothic’ (80s style) tic. De weg die Zulu
bewandelt is behoorlijk platgetreden. De energie en attitude is er, aan de
nummers moet nog geschaafd worden. De lat dienen ze te leggen bij “Bloody &
rare”, want dat is de beste van het stel.
Met terugwerkende kracht
THE OUTSIDERS – Calling on youth sample
Voordat Adrian Borland zich met succes stortte op The Sound en minstens twee klassiekers naliet tijdens de hoogtijdagen van new wave, was hij eind jaren zeventig in redelijke obscuriteit de aanjager van punk trio The Outsiders. Twee albums brachten ze uit, waarvan “Calling on youth” de eerste was. Veel reden tot vreugde geeft deze heruitgave niet. Het punkgehalte is behoorlijk laag (“Hit and run”, “Calling on youth” en dat was het wel zo’n beetje) en de rest zwalkt tussen 70s rock (“I’m screwed up”), ingetogen en ietwat jazzy (“Break free”), singer songwriter (“Start over”) en een strontvervelende ballad (“Walking through a storm”). Geen wonder dat ze outsiders bleven en als een nachtkaars uitgingen. Maar goed dus dat Borland zich een paar jaar later met verve wist te revancheren.
Singles
ZULU WINTER – You should be swimming sample
CLOUT! – EP sample
Niet te verwarren met de
Zuid-Afrikaanse (vrouwen)band die in de jaren zeventig in Nederland hits
scoorde met o.a. “Substitute”. Het verschil zit hem in het uitroepteken, en het
feit dat deze vijfkoppige Clout! uit Londen afkomstig is en zich in het tegen
het experimentele schurkende muzikale spectrum bevindt. Je voelt aan dat Clout!
dezelfde invloeden deelt als S.C.U.M. en The Horrors, maar ze doen er iets
anders mee en blijven beduidend meer ‘left field’. En nu ik laatstgenoemde toch
al genoemd heb: Tom Furse, toetsenist van The Horrors, doet hier een
belangrijke duit in het zakje met een prima remix van “Maxwell’s O”.
WOMAN’S HOUR – Jenni sample
Vrouwenuurtje? Niet
meteen denken aan de muzikale evenknie van koffietijd-achtig geleuter. De drie
mannen en één jongedame – meer een mannenuurtje dus eigenlijk – sprankelen
namelijk op hun eerste single. Met dank aan de gitaar die op Vampire
Weekendverlof is, en een aangenaam klinkend zangeresje (Fiona Burgess). B-kant
“Human” is een ingetogen kruising tussen The XX en Warpaint.
Eén blik op het hoesje
van de debuutsingle van deze Duane en je begrijpt waarom hij zichzelf ‘the
teenage weirdo’ noemt. Ondanks of juist vanwege die kwalificatie zag Jack White
voldoende reden om Duane een plek te gunnen op zijn Third Man (vinyl) label, en
hem bovendien op zowel A- als B-kant (“Bubblegum encore”) muzikaal bij te
staan op synthesizer. Over een bedje van primitieve electrorock zingt Duane op
een wijze die recht doet aan zijn bijnaam. Lichtelijk excentriek.
NIK COLK VOID – Gold E sample
Niki Colk ken ik nog als
zangeres / gitarist van indierock / art punk band Kaito, en in die hoedanigheid
zag ik haar een leuk optreden geven in Paradiso. Inmiddels is ze sinds een
aantal jaren verbonden aan het experimentele noise / dance trio Factory Floor,
en met “Gold E” maakt ze haar debuut als soloartiest. Deze single, bestaande
uit zowel een regulier vinyl plaatje als een afspeelbare hoes van mettertijd
zichzelf afbrekend materiaal (!) – de waarschuwing dat de pick-up naald schade
kan oplopen heb ik niet in de wind geslagen – bevat experimentele, metalen
klanken, waarin de echo doorklinkt voor Throbbing Gristle en aanverwanten.
HAIM – Forever EP sample
Haim is de familienaam
van Danielle, Alana en Este, drie zussen die samen met drummer Dash Hutton deze
vanuit Los Angeles opererende groep vormen. Hun eerste visitekaartje bestaat
uit deze drie songs tellende EP die als gratis, legale download verkrijgbaar is
via hun website. “Forever” bevat drie nummers die pop, folk, R’n’B en
vrouwelijke samenzang samenbrengen op een manier die mij aandoet als Amerikaans
en geknipt lijkt voor de ‘mainstream’ hitlijsten of soundtrack voor een ‘feel
good’ film. Dat is niet bedoeld als kritiek want de liedjes luisteren prettig
weg. Maar vaak zal ik er niet naar luisteren.