De aftrap van een nieuw concertjaar vindt voor mij plaats in het sympathieke poppodium Ekko in Utrecht. Vaak ben ik er nog niet geweest, een jaar of tien geleden voor het eerst, en daarna pas weer afgelopen december. Mijn eerste concert van 2013 is meteen een ‘double feature’, oftewel twee hoofdacts voor de prijs van één. Beide ‘features’, te weten Girls Names (Belfast) en Holograms (Stockholm), stonden bovendien op mijn lijstje van bands die ik graag eens live wilde meemaken. Die wens komt voort uit de goede debuutalbums die de twee bands hebben gemaakt, als je in het geval van Girls Names een in 2010 verschenen mini-album annex 12” even niet meerekent. Het spits wordt afgebeten door laatstgenoemde dat sinds vorig jaar met de komst van gitarist / toetsenist Philip Quinn van trio is uitgebreid naar kwartet. Over hun in 2011 uitgebrachte debuutalbum “Dead to me” schreef ik in juni van dat jaar op mijn (oude)weblog: “Surfnoisegaragepop dat, met een beetje speling, zo afkomstig had kunnen zijn van die grijsgedraaide maar toch telkens weer voor inspiratie zorgende want invloedrijke compilatiecassette C86, zoals – nu alweer een kwart eeuw geleden! – door NME samengesteld en uitgegeven.” Ik strooide destijds met namen als The Jesus And Mary Chain en Veronica Falls om een muzikaal kader te schetsen maar wat me vanavond duidelijk wordt is dat die omschrijvingen inmiddels zo goed als achterhaald zijn. Opvallend is de invloed van postpunk / new wave die tegenwoordig in het geluid van Girls Names is geslopen, zoals de echo van The Bunnymen in hun krokodillenjaren en de pre-vogelnestperiode van The Cure. Van C86 naar C80 als het ware.
Nadat vorig jaar het spraakmakende hologramoptreden plaatsvond van de in ’96 overleden Tupac Shakur werd er druk gespeculeerd wie mogelijk de volgende in de rij zou zijn. Hopelijk wordt er geen vervolg aan gegeven want ik zie liever mensen van vlees en bloed op de bühne dan een lichtprojectie van een dode artiest of opgeheven groep. Ofschoon de naam van de band anders zou kunnen suggereren, behoren de vier Zweden die samen Holograms vormen tot de categorie van de levende have. Echte mensen dus, met al hun gebreken, zoals vanavond (helaas) blijkt. Hun punk met post-punk inslag – niet in de laatste plaats dankzij de synthesizerklanken van een aftandse Korg – heeft een prima plaat opgeleverd maar live zijn wel wat kanttekeningen te plaatsen. In de studio zijn de onzuivere vocalen van gitarist Anton Spetze en bassist Andreas Lagerström, aangevuld met de achtergrondbijdragen van Andreas’ broer Filip tijdens het productieproces nog redelijk gekanaliseerd. In het echt heeft de elkaar afwisselende dan wel gezamenlijke zang meer het karakter van dronkenmansgebral. Wat ook niet meehelpt is dat de band soms onnodig de vaart uit het optreden haalt of op momenten wat lijkt aan te rommelen. Het langzame, dreigende intro van “Monolith” bijvoorbeeld, waar het album zo sterk mee opent, wordt vanavond van alle spanning ontdaan omdat Anton en Andreas het nodig vinden om tijdens die opbouw elkaar op te zoeken voor een ontspannen keuvelpraatje. En voordat “You are ancient (Sweden’s pride)” eindelijk van start is gegaan, staat Anton eerst het gitaarlijntje van dat nummer een aantal malen te herhalen. Of hij even vergeten is hoe het ook alweer ging of dat het een technische kwestie betreft, weet ik niet, maar het komt hoe dan ook knullig over. Ook jammer is dat de Korg, juist zo’n onderscheidend element in het bandgeluid, enigszins verzuipt in de herrie.
Meer foto’s hier!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten