woensdag 14 november 2012

Pinkpop Classic - Landgraaf : Megaland : zaterdag 26 augustus 2012

Na de massaliteit, het overweldigende muziekaanbod, de onaangenaam tropische temperaturen en het ontberen van goede nachtrust en verfrissende douches zoals ik dat een week eerder ervoer tijdens Pukkelpop, voelt Pinkpop Classic in alle opzichten aan als een verademing. Heerlijk ontspannen en relaxed, aangename weersomstandigheden en veel rust en ruimte. Al had Jan Smeets die ruimte liever wat meer gevuld gezien want er kwamen slechts circa 5200 bezoekers terwijl het dubbele daarvan was benodigd om het festival rendabel te laten zijn. Waar het aan ligt? De niet bepaald tot de verbeelding sprekende programmering is zeker een factor van belang, zo niet de belangrijkste. Zelfs met het binnenhalen van een grote act – die nooit op Pinkpop te zien is geweest (Toto) – heeft Jan het niet voor elkaar gekregen. Het is dat het festival voor mijn doen ‘in de buurt’ wordt gehouden, want anders had ik me de moeite hoogstwaarschijnlijk niet genomen. Maar toch zal je me niet horen klagen, al valt er op muzikaal gebied dit jaar weinig te beleven. Het is het veredelde tuinfeestgevoel wat me trekt, met de bands veelal als auditief decor. De aanblik van al die op hun zelf meegebrachte vouwstoeltjes gezeten 40plussers, de gemoedelijke, onthaastende sfeer, niet hoeven te wachten op je bestelling of plasbeurt, de ondanks de lage opkomst met een glimlach door het publiek banjerende Smeets en niet te vergeten het debuut van de speciale bierentent op Megaland: het zijn allemaal factoren die Pinkpop Classic een gezellig karakter meegeven.

In de aanloop naar de ingang waar de security zich weinig moeite hoeft te geven en blij lijkt dat er weer even klandizie te verwelkomen valt, horen we de latin klanken van Massada, de eerste band van de dag. Mijn verwachting dat de band vanwege hun roots vast een hoop Molukse bezoekers zal trekken blijkt ongegrond. Om redenen waar ik verder niet op zal ingaan, is dat voor indindo een hele geruststelling, opgegroeid als hij is met bang makende verhalen van zijn broer over spanningen tussen de ene en de andere bevolkingsgroep waarbij “je soms moest rennen voor je leven”. Maar neem mijn ‘angst’ in deze hier vooral niet serieus. Niet alleen de Molukse delegatie is zwaar ondervertegenwoordigd, ook de Indo-gemeenschap is weer massaal thuisgebleven, met als positieve uitzondering het charismatische lid dat zich vandaag met compagnon commando Billy vrij vaak ophoudt tussen een bierkraam en een koffiestand waar het meest smerige bocht wordt geschonken sinds deze drank werd uitgevonden. Vanaf het podium roept zanger Johnny Manuhutu, samen met percussionist Nippy Noya een van de weinige originele bandleden, iedereen op tot een potje salsa. Is het ook goed als ik wat slap ouwehoer, onderwijl lurkend aan een bekertje bier, Johnny? De band vindt het prima, Nippy trommelt er lustig solistisch op los, en onze hangplek wordt daarmee van passend tropische – maar zonder bijbehorende schroeiende temperaturen – achtergrondmuziek voorzien. 

Ik weet dat Saga binnen het progrock genre opereert maar daar houdt mijn povere kennis over deze band dan ook mee op. Geen idee in welk jaar ze op Pinkpop stonden. Hadden ze toen een hit of zo? Internet biedt zoals zo vaak uitkomst. Een stuk of wat YouTube clipjes uit begin jaren tachtig later weet ik dat Saga niet aan mij besteed is. Ik moet wel erg gniffelen om de walrussnor van de zanger en de langharige permanentjes die de band vermoedelijk met groepskorting kreeg aangemeten. Anno 2012 hoeft Saga de haarpolitie niet meer op de stoep te verwachten, wat vooral geldt voor de tegenwoordig even snor- als haarloze zanger. Zoals gezegd heb ik niets met de muziek, en zo staat Saga voor mij al snel voor de verkorte samentrekking van de woorden ‘saai’ en ‘gaap’. Saga fan K weet te melden dat het goed is, dus daar zullen we maar op afgaan. Commando Billy en ik besluiten daarentegen uit verveling een rondje over het terrein te doen maar daar zijn we heel snel mee klaar. We houden zoals veel mensen even stil bij de Pinkpopposters uit het verleden die tegen het hekwerk aan de achterzijde van het terrein zijn opgehangen. Er worden herinneringen opgehaald maar vaak blijken we ook veel te zijn vergeten: “Hebben we die toen ook gezien?” Op een van de posters zien we de naam Saga staan. Het jaar: 1982. Weten we dat tenminste ook weer.

Een klein jaar geleden stond Fischer-Z in de Nieuwe Nor te Heerlen, op dezelfde avond dat commando Billy en ik terugkeerden van een tof weekend in Berlijn. “Ach, die komen vast nog wel een keer terug”, of woorden van die strekking, zo waren we van mening. En inderdaad, al is het dan niet op dezelfde locatie, maar toch in de buurt. John Watts, het enige originele bandlid, haalt een herinnering op van het jaar (’81) dat Fischer-Z voor het eerst op Pinkpop stond. Remember Pinkpop? Nou nee, maar wel “Remember Russia”, een van de naar indindo’s mening beste Fischer Z songs, en laten ze dat vandaag nou niet spelen. Wel een aantal ‘recente’ liedjes waar – laten we eerlijk zijn – niemand echt op zit te wachten en die niet het potentieel hebben om zich in je brein te nestelen. Dit in tegenstelling tot “So long”, “Marliese” en “The worker” die het publiek dat ‘weet je nog wel, oudje’ gevoel geven. Dat voelen we alleen over de gehele linie een beetje te weinig, en dan begint te aandacht te dwalen. Bijvoorbeeld naar bassist David Graham die een ‘spitting image’ is van voormalig Toontje Lager zanger Erik Mesie. Een geval van “Ik heb stiekem met je geruild”, zullen we maar zeggen.

Bij toeval hoor ik twee festivalgangers in mijn nabijheid het programma doornemen. Bij elke band of artiest gaat wel een belletje rinkelen, de ene keer luider dan de andere. Behalve bij Garland Jeffreys dan. “Det zaet mich nieks”, zegt de een. “Nooit van geheurd”, zegt de ander. Een derde man wordt erbij betrokken. Die werpt een korte blik op de verfrommelde flyer die hij voor zijn neus krijgt gestoken om vervolgens zijn schouders op te halen. “Gein idee”, antwoordt hij. “Ich bin hiej veur Toto.” In hoeverre het voorbeeld exemplarisch is voor de naamsbekendheid van Garland Jeffreys onder de 5200 aanwezigen weet ik niet, maar het zou me niet verbazen als de zanger op dat gebied erg laag zou scoren. Ik kom zelf niet verder dan “Matador” en pas wanneer ik Garland en zijn band “Hail hail rock’n’roll” hoor spelen, denk ik: “O ja, die had hij ook nog”. Commando Billy en ik hebben ons teruggetrokken op de brede traptreden die leiden naar het terrein, en Garland is niet meer dan een radio op de achtergrond die zo goed als volkomen langs ons heen gaat. We overzien de geasfalteerde omloop en ontdekken niet één rondslingerend papiertje, platgetrapte hamburgerrestanten of andere vullis. Af en toe loopt er iemand voorbij. Compleet het tegenovergestelde dus van wat we normaal gesproken gewend zijn te zien op deze plek. Toevallig zagen we vanaf dit punt Garland ook de vorige keer dat hij op Megaland was, als gast van Bruce Springsteen met wie hij samen een cover deed van “96 tears”. Dat nummer speelt hij vandaag weer. Gelukkig maar, want ik begin me danig te vervelen.    

Met Bush komt er leven in de brouwerij. Tja, uitgerekend deze band. Want Bush heb ik tot dusverre aardig weten te vermijden gedurende hun carrière. Net als hun collega’s Nickelback zie ik Bush als meest tergende exponent van het type band dat destijds op de ‘bandwagon’ namens grunge sprong, het ontdeed van ziel, echte emotie en diepgang, en er vervolgens nog succesvol mee werd ook. Elk publiek krijgt de band die het verdient. In de populariteit van Bush zal vast zanger / gitarist Gavin Rossdale een belangrijke rol hebben gespeeld, want de gespierde mooie jongen met een diploma als poseur is ideale verkoopwaar. Gitarist Chris Traynor oogt met zijn zwarte outfit, lange haar, snor, baard en zonnebril als een echte rocker, en stiekem wens je hem een andere band toe. De ritmesectie zal vast niemand op straat herkennen. Maar goed, zoals gezegd zorgt Bush wel voor leven in de tent, al is het maar omdat Gavin zich op een gegeven moment op de tegenover de bühne geplaatste zittribune begeeft. En “Come together” is door de originele makers te goed gesmeed om het door anderen te laten verpesten. Binnen de context van Pinkpop Classic en afgezet tegen de matte line-up van dit jaar komen nummers als “Everything Zen” en “Glycerine” in een ander daglicht te staan, wat voor ondergetekende betekent “Valt best wel mee” en “Best aardig, toch?”, terwijl ik het normaliter met nog geen stok zou aanraken. Afijn, in het land der blinden… Volgende keer: de rehabilitatie van Nickelback en waarom Dries Roelvink onder bepaalde omstandigheden intelligentere teksten zingt dan u op het eerste gehoor zou denken.

Big Country, die stonden ooit in de Hanenhof! Och, dat waren nog eens tijden!” kondigt Jan Smeets met een glimlach en vol nostalgie de band aan. Ja, ik weet het, Jan. Ik was erbij. Ergens begin jaren tachtig. En dat waren inderdaad nog eens tijden dat je bands van dit kaliber in de Hanenhof kon zien. Eh… dat je überhaupt bands in de Hanenhof kon zien. Het Big Country optreden in Geleen is me altijd bijgebleven. In mijn herinnering heb ik namelijk gesprongen en gezongen dat het een lieve lust was, vooral op opzwepende, uptempo liedjes als “Fields of fire”. Ik zat op de middelbare school, had nog een haardos, en de namen ‘indindo’ en ‘commando Billy’ waren nog ver weg. Afijn, dat was toen. Vandaag geen springen en zingen voor mij. Aan de liedjes ligt het niet, al had het af en toe wel wat compacter gemogen. Het is toch het gemis van Stuart Adamson, de zanger /gitarist die in 2001 een einde aan zijn leven maakte. Vervanger – sinds 2010 – Mike Peters doet erg enthousiast en tracht het publiek op te zwepen tot participatie maar als hij zo graag wil, waarom dan niet zijn eigen voormalige band The Alarm uit de mottenballen gehaald? Of zouden zijn oude bandmaatjes niet meer willen of kunnen? Alle BC krakers passeren de revue maar ik voel er niets (meer) bij. Gelukkig kan ik me nog koesteren aan de herinnering van het optreden in de Hanenhof want Big Country anno 2012 is verworden tot een groot niemandsland.

Commando Billy wil eigenlijk al naar huis maar ondergetekende heeft de behoefte om op zijn minst een paar hits van Toto mee te pikken. Met de ‘adult orientated rock’ Toto heb ik geen probleem, en al helemaal niet met de ‘feelgood’ factor van bijvoorbeeld “Roseanna”, “Pamela” en “Africa”. Zeker na een dag die in muzikaal opzicht weinig bevredigend heeft uitgepakt. Gelukkig bewaart de band niet alle succesvolle hoogtepunten tot het einde. Opvallend is het perfectionisme van de band, want alles wat ze spelen klinkt als een kraakheldere nabootsing van de plaatversies. Wat dat betreft dringt zich de vraag op of het afdraaien van een cd niet zo goed als het hetzelfde effect zou hebben gehad, ook omdat er niet gek veel aan visueel spektakel te beleven valt. Dat dient zich trouwens wel aan in onze nabijheid waar een dronkenlap zich op bewonderenswaardige wijze – ondanks dat hij voortdurend vervaarlijk van voor naar achter helt – staande weet te houden. Afijn, Toto blijft dus ook overeind staan, even geolied als moeiteloos en zonder een drup alcohol naar ik vermoed, met een foutloos optreden. Al naar gelang hoe je over deze vorm van perfectie denkt, dwingt het respect af en geniet je ervan of je mist de toegevoegde (live) waarde en houdt het voor gezien. Ik zeg: speel die hits nou maar, laat elke vorm van liedjes rekken of gitaarsolo’s achterwege en hoe je het doet interesseert me eerlijk gezegd geen bal. Gelukkig bewaart de band niet alle successen voor het laatst, en wanneer we uiteindelijk besluiten om voortijdig te vertrekken, hoor ik in ieder geval tijdens de terugtocht nog “Africa” en “Hold the line”. Lopend op weg naar het station kom ik amper mensen tegen. Bij de bekende rotonde tref ik K en zijn uitermate benevelde vriendin A aan die een half uur eerder waren vertrokken maar er klaarblijkelijk een door de drank gedwongen slakkengang op nahouden en bovendien de weg kwijt zijn. Ik wens ze veel succes en vervolg mijn route terwijl “Hold the line” me nog goed hoorbaar vanaf het festivalterrein gezelschap houdt. Dat Jan Smeets zich die songtitel ter harte neemt lijkt na vandaag uiterst twijfelachtig, want de tot dusverre gevolgde lijn van Pinkpop Classic zal moeten worden bijgesteld wil het festival een volgende keer voldoende bezoekersaantallen gaan halen. 

Meer foto’s hier!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten