zaterdag 3 december 2011

Oktober 2011

CD’s

EEFJE DE VISSER – De koek

Waar zappen al niet goed voor is. Want zo stuitte ik in de late uurtjes op een live optredende, mij  onbekende Nederlandse band die onmiddellijk mijn aandacht trok. Ze speelden slechts één nummer, maar aan de hand van de titel (“Genoeg”) en een Google zoekactie later, ontdekte ik dat het de singer / songwriter (en Grote Prijs Winnaar van 2009) Eefje de Visser betrof. Nog hongerig van dit ene smaakvolle kaakje, ging ik voor de hele koek, een interessant, fragiel en intiem album. Het al genoemde “Genoeg” smaakt het best, en ook het lieflijke “Naast me”, “Hartslag”,  “Trein” en “Huis” zijn een bewijs van haar talent. Eefje, die bij De Wereld Draait Door indruk maakte met haar cover van Blondie’s “Call me”, beschikt over een oor strelende, aangename stem en schrijft beeldende, haar ziel blootleggende teksten die het Nederlands als ‘poptaal’ recht doet.

LADYTRON – Gravity the seducer
Soms vergeet je wel eens dat sommige bands nog bestaan, totdat ze weer van zich laten horen met een nieuw album. En die koop ik dan weer trouw, omdat ik de band nog nooit op een slechte plaat heb kunnen betrappen. Zo is mijn relatie tot Ladytron, het viertal uit Liverpool dat met “Gravity the seducer” aan album nummer vijf toe is. De elektronische (synthesizer)pop wijkt in stijl niet zo gek veel af van wat op eerdere platen te horen was, maar ditmaal zijn de songs meer gelaagd, nog iets toegankelijker en erg consistent in kwaliteit. Denk aan een fusie tussen Kraftwerk en Abba, en dat geldt meteen ook als compliment. Mijn persoonlijke smaakmakers zijn single “White elephant”, het instrumentale “Ritual”, het engelachtige “Ambulances” en de melancholische weldaad van “90 degrees”. Mag Ladytron na 12 jaar eindelijk eens echt doorbreken?

WOODEN SHJIPS – West
Als je de twee singles compilatiealbums niet meerekent, is “West” de derde plaat van het psychedelische spacerock kwartet uit San Francisco voor wie het eeuwig 1967 lijkt te zijn. Op “West” is dan ook niet gesleuteld aan de formule die eruit bestaat dat elke song zich in een zelfhypnose – en de luisteraar daarin meetrekkend – blijft herhalen. ‘Trance jams’ is een term die ik speciaal voor deze gelegenheid verzin om de muziek van Wooden Shjips te duiden, trippend op vervlogen maar niet vergeten voorgangers als Loop en Spacemen 3. Als trouw koper van hun oeuvre mag ik beamen dat de inwisselbaarheid van hun songs groot is, maar dat is eigenlijk niet echt bezwaarlijk want deze geestverruimende klanken kun je het beste als geheel ondergaan en dan snap je waarom, te beginnen met hoogtepunt / openingsnummer “Black smoke rise” en eindigend met de achterwaarts opgenomen klanken van “Rising”.

THIS MANY BOYFRIENDS – Getting a life with
“I don’t like you (‘cos you don’t like the Pastels)” is de even grappige als veelzeggende titel van de eerste van in totaal zeven songs tellende EP. Wie bekend is met de wat stuntelige doch charmant rammelende indie poprock vande Schotse band met een zekere cultstatus, weet dus meteen waar This Many Boyfriends voor gaan.  Types die met gym altijd als laatste werden gekozen, en nu hun gram halen met en ‘getting a life with’ hun eigen bandje.  Vernieuwend is het niet, leuk is het wel zoals het uptempo “Trying is good” en “Diaries” (“we all got bullied at school, some of us just took it better”). Hoe het in de toekomst met de band zal gaan, is even onduidelijk want eind september overleed hun gitarist Peter Sykes aan de gevolgen van een hersenbloeding.

Met terugwerkende kracht

THE JESUS AND MARY CHAIN – Psychocandy

Wat ik eigenlijk met een plaat van een gospelband moest, wilde de verkoper van de nu niet meer bestaande platenzaak Disco Limburg weten, nadat ik de 12” “Never understand” uit de bakken had gevist. Nee, echt bekend waren TJAMC toen nog niet, en gospel allesbehalve. Alhoewel, gospel betekent eigenlijk ‘goede boodschap’ en dat was het voor mij zeker. Een boodschap die dankzij dit type door mij nooit eerder gehoorde klassieke popsongs bedolven onder feedbacklawaai luid en duidelijk overkwam en stevig werd omhelst. Een souvenir van een studietrip naar Londen bestond uit een manshoge bandposter die jarenlang op een slaapkamermuur prijkte, en T-shirts werden gekocht nog voordat ik ze live mocht aanschouwen. Deze heruitgave van “Psychocandy”, toe aan zijn 25e verjaardag, brengt weer menige goede herinnering naar boven (“In a hole”, “You trip me up”, “The living end”), ook dankzij de toevoeging van onder meer toffe noisy B-kantjes (o.a. “Just out of reach”, “Head”), debuutsingle “Upside down” en John Peel sessies. Verplichte kost & de volumeknop omhoog!

NIRVANA – Nevermind
Over de betekenis en impact van deze doorbraakplaat, niet alleen voor de band maar ook voor alternatieve rock, hoef ik het niet meer te hebben want dat is algemeen bekend. Wat mezelf aangaat: dit was het album dat me de blik weer eens richting Amerikaanse bands deed richten na een lange Britse indie georiënteerde periode die eerlijkheidshalve niet vrij was van oogkleppen en muzikaal-cultureel snobisme. Om “Nevermind” kon echter niemand heen, en ik ook niet, want dit is een geval van ‘alle twaalf goed’. Alle twaalf klassieker, wil ik zelfs beweren, wat natuurlijk met name opgaat voor het welbekende ‘volkslied’ van de Amerikaanse alternatieve gitaarrock “Smells like teen spirit”. Of het nu gaat om het moshpit vuurwerk “Territorial pissings”, het ingetogen “Something in the way” of single “Come as you are”, voor alles geldt een uitstekende productie, ijzersterke songs, kortom, een ‘nirvana’ van een 20 jaar oude en nog steeds belangrijke plaat.

Singles

EXITMUSIC – From silence

Vrouw / man duo – ook de sponde delend, als ik me niet vergis – uit New York dat met hun eerste officiële release soortgelijke contouren vertoont als Beach House en Esben And The Witch. Zangeres Aleksa Palladino doet mij soms denken aan folkzangeres Melanie op de gothic toer. Deze EP bevat vier songs die alleen al dankzij “The sea” en “The modern age” de moeite van aanschaf waard is.

ELECTRICITY IN OUR HOMES – Aching, breaking, shaking for you
Ik blijf ze volgen, dit art rock trio uit Londen die wat mij betreft onderhand wel eens met een debuutalbum op de proppen mogen komen. Binnen hun tegendraadse oeuvre is deze single redelijk toegankelijk, al zullen ze er nooit de hitparade mee halen. Maar dat hoeft ook niet, zolang ze maar hun scheve, nerveuze muziek blijven maken.  

NOVELLA – The things you do
Debuutsingle van drie jongedames uit Brighton maar nu gehuisvest te Londen die sinds februari 2010 samen Novella vormen. “The things you do” is een heel aardige poging tot My Bloody Valentine shoegazepop, Pale Saints en aldus qua sound meer geworteld in begin jaren negentig dan het heden. 

SISSY AND THE BLISTERS – We are the others
The Horrors hebben hun garagerockverleden al twee albums geleden van zich afgeschud, maar SATB denken dat er nog genoeg leven in zit om er een reanimatie op los te laten. De band slaagt erin om het lijk zo’n 2,5 minuut uit de dood te doen herrijzen en op onderhoudende wijze te laten rondhuppelen alsof “Strange house” nog bewoond wordt. “We are the others”, zingen ze en iedereen weet wie ze daarmee bedoelen. 

SPECTOR – What you wanted
Na twee mislukte pogingen met Les Incompetents (what’s in a name…) en Ox.Eagle.Lion.Man probeert Fred Macpherson het opnieuw met een vers stel jonge muzikanten en een meer popgerichte aanpak. Geen ‘wall of sound’ à la Phil Spector, waar de bandnaam vandaan komt, maar meer in de trant van The Killers als die niet in Las Vegas maar in Londen zouden zijn ontstaan. Songtitel “What you wanted” is een gedurfde claim, maar vooruit, dit wil ik wel.

THEME PARK – A mountain we love
Het was me na het beluisteren van deze eerste single van Theme Park – een kwartet uit Londen – niet duidelijk van welke berg ze nou eigenlijk houden, maar vanaf de begintonen is wel evident van welke band ze gecharmeerd zijn: Talking Heads. O, en als je goed luistert, hoor je zelfs een koebel. Punkfunk met de punk vervangen door pop en indierock. Best leuk, best zomers. 

ALL THE YOUNG – Welcome home
‘Home’ is in dit geval Manchester, de thuisbasis van dit viertal mannen. Ze zijn er verknocht aan, net als aan de bands die er vandaan komen, en dan Oasis en The Courteeners in het bijzonder. Je hoort het in alles terug bij All The Young, hoezeer ze schatplichtig eraan zijn maar ook niet anders lijken te willen. Alsof iets eigens of iets origineels uit den boze is, misschien wel omdat ze daar niet toe in staat zijn. Best aardig gedaan, maar niet om voor thuis te blijven.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten