woensdag 5 oktober 2011

North Sea Jazz (dag 3) - Rotterdam : Ahoy : zondag 10 juli 2011


Mijn derde en laatste dag van het North Sea Jazz festival in Ahoy gaat van start met Jan Akkerman, althans het laatste kwartier van zijn optreden. Ik val met mijn neus in de boter want Jan trakteert het publiek op uitvoeringen van de toch al zo’n kleine veertig jaar oude (!) Focus klassiekers “Hocus pocus” en “Sylvia”. Een paar uur later zie ik de bescheiden overkomende gitarist vrijwel onopgemerkt achter een tafeltje van een Free Record Shop stand een praatje maken met fans, handjes schudden en handtekeningen geven. Ik houd het bij een kiekje op gepaste afstand.


Eveneens op afstand, maar dan meer in muzikale zin, sla ik Dr. John gade, de in voornamelijk blues en boogie woogie grossierende 70-jarige pianist die dit jaar werd opgenomen in de Rock and Roll Hall of Fame. Het is meer voor zijn naam dat ik een tijdje blijf hangen want zoals gezegd, zijn muziek ligt me niet aan het hart, maar het valt niet uit te sluiten dat Dr John live wel de klik met mij weet te maken. Nou, niet dus, en ik acht de tijd rijp voor mijn zoveelste notencake.


Voorafgaande aan het concert van James Blake verzoekt een jongedame het publiek vriendelijk om geen foto’s te maken, want dat leidt erg af. Aanvankelijk lijkt daar gehoor aan te worden gegeven, al heeft één persoon al vanaf de eerste song een telefoon in de aanslag. Het verzoek is te begrijpen, want de breekbare, langzame en van ingebouwde stiltes voorziene muziek van James Blake, iets tussen dubstep, ambient, soul en folk, is gebaat bij focus, aandacht en rust, en fotograferende mensen of nog erger: gepraat, leidt alleen maar af en is storend. James heeft op het donker gehouden podium versterking gekregen van een slagwerker en een gitarist / toetsenist, wat ertoe leidt dat zijn sound in live vorm steviger, harder en (nog) meer gelaagd uitpakt. Ik vind het in alle opzichten een ‘upgrade’ ten opzichte van zijn plaat, die de neiging heeft om iets te vaak in te zakken, terwijl het nu van begin tot eind een intrigerende spanning oproept. Gelukkig vindt het plaats in een zaaltje met zitplaatsen – al wordt er achterin noodgedwongen ook gestaan of nemen mensen tussen de stoelrijen op de grond plaats – zodat er niet hinderlijk heen en weer wordt gelopen. Zo word ik helemaal meegezogen in het fascinerende geluidstapijt van James Blake die met dit optreden solliciteert naar een plek in mijn jaarlijstje. O ja, en zoals te zien valt, kon ik het niet weerstaan om toch een kiekje te maken. Sorry James, maar dit concert was dan ook bijzonder.


Tom Jones mag met zijn respectabele leeftijd van 71 nog steeds tot een rasentertainer worden gerekend. Niet dat hij de showman uithangt, over het podium heen zwiert of over een spectaculaire
act beschikt, maar hij heeft de uitstraling, de ervaring en niet te vergeten de liedjes, een decennialange carrière overspannend. Een man op leeftijd, maar met een goed verzorgd uiterlijk, een natuurlijke charme en een twinkeling in de ogen. Anekdotes heeft hij ook, zoals toen hij medio jaren zestig Jerry Lee Lewis ontmoette, een country nummer van hem hoorde, en in Londen tegen zijn producer zei dat hij die song wilde opnemen, ook al was het muzikaal gezien iets anders dan hij tot dan toe gedaan had. Zo luidt de inleiding van “Green, green grass of home”, een van de vele hits, want dat wil het publiek immers graag horen, mezelf inbegrepen, die op de setlist prijken. “Leave your hat on”, “Mama told me not to come”, “Kiss”, lekker meebrullen met het zwierige “Delilah” en het steevast een glimlach op mijn gezicht toverende “It’s not unusual”: Tom schudt ze even soepel als met verve uit zijn mouw.


Het einde van NSJ is in zicht, althans voor mij, en het laatste optreden komt op conto van Snoop Dogg, die naar verluidt zijn debuutalbum “Doggystyle” zal spelen. De eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat ik die plaat niet ken, net als alles wat hij daarna op de wereld zette. Zoals wel vaker het geval is, blijk ik dan toch wat nummers (aan de refreintjes) te herkennen, die ik soms nog met de meute meezing ook. Zoals “Rollin down the street, smokin indo, sippin on gin and juice” (uit “Gin and juice”), afijn, drie keer raden waarom ik uitgerekend tijdens dat nummer me luidkeels laat horen… Het concert wordt ingeleid door filmpjes waarin Snoop Dogg als kleurrijke pimp met een zelfverzekerde air van cool uiteraard een hoofdrol speelt. Deze visuele toevoeging komt nog een paar keer terug tussen enkele nummers door, en dat haalt toch wat de vaart uit het geheel. Drie uitdagende danseressen zorgen voor wat afleiding, en ik ben vast niet de enige die de onbedoelde humor inziet van een bodyguard annex klerenkast die aan de zijkant van het podium bewegingsloos staat opgesteld, ter voorkoming van… ja, wat eigenlijk? Alsof het relaxte publiek op NSJ aan podiuminvasies, biergooien of uitingen van agressie doet. Snoop Dogg doet zijn ding ding met zijn bling bling microfoon, en na een uur of wat is de hond die blaft maar niet bijt klaar met zijn kunstje. Aardig om een keer te hebben gezien, denk ik dan maar. En dan zit het er echt op, mijn laatste consumptiebonnen spenderend aan een Bacardi cola, de verleiding van een zoveelste notencake weerstaand. Want ach, er is altijd volgend jaar nog…

Meer foto’s hier!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten